Regionale landschappen en hun partners pleiten voor een kwaliteitsvol landschapsbeheer en optimale samenwerking.
Regionale landschappen en hun partners pleiten voor een kwaliteitsvol landschapsbeheer en optimale samenwerking.
Op vrijdag 20 oktober, de Internationale Dag van het Landschap, stelden de regionale landschappen met hun partners de landschapsdeal voor. Die heeft als doel dat tegen 2030 in heel Vlaanderen het landschap structureel, efficiënt en innovatief beheerd wordt, op basis van op elkaar afgestemde beheervisies.
Het landschap is voortdurend in het nieuws. Het staat in het dichtbevolkte Vlaanderen zwaar onder druk. Tegelijkertijd liggen de oplossingen voor de grote problemen als gevolg van klimaatverandering en verlies aan biodiversiteit ook in het landschap.
Het afgelopen jaar zijn er al grote stappen gezet. Met de gebiedsdekkende werking van achttien regionale landschappen en erkenning van negen Vlaamse parken heeft de Vlaamse overheid de basis gelegd voor het inbedden van de landschappen met een kwaliteitslabel – de parken – in de landschappen in Vlaanderen. Lokale, provinciale en Vlaamse overheden zorgen hier samen met het middenveld voor de basiskwaliteit. ‘Nu is het tijd om de landschapsdeal op te nemen in de bestuursakkoorden. We moeten een structureel, efficiënt en innovatief landschapsbeheer verankeren op alle bestuursniveaus, lokaal, provinciaal en Vlaams’, vertelt Bas Van der Veken, voorzitter van het Vlaams Overleg Regionale Landschappen.
Na jarenlang ad hoc en projectmatig werken, kan een structurele aanpak vanuit een visie zorgen voor een kwaliteitssprong in het landschapsbeheer. Dit is een conditio sine qua non om landschappen toekomstbestendig te maken en breed te kunnen delen met de bevolking.
De landschapsdeal is de concretisering van het charter landschapsbeheer, “Sterke landschappen vragen kwaliteitsvol beheer en optimale samenwerking”, dat vorig jaar getekend werd door 50 overheden en middenveldorganisaties. De landschapsdeal doet aan alle overheden, Vlaams, provinciaal en lokaal de volgende aanbevelingen:
Op de Internationale Dag van het Landschap gingen Bruno Tobback (Vooruit), Vlaams parlementslid, Jan De Haes (NVA), gedeputeerde van de provincie Antwerpen, Joeri Van den Brande (Groen), schepen in Zemst, Nick François namens de Boerenbond, Ignace Schops namens de Bond Beter Leefmilieu en Bas Van der Veken namens het Vlaams Overleg Regionale Landschappen dieper in op de uitdagingen die er in het landschap liggen.
De uitdagingen zijn groot: klimaatverandering, verlies aan biodiversiteit, voedselzekerheid… komen allemaal samen in het landschap. ‘Maar net in dat landschap liggen ook de oplossingen’, benadrukt Van der Veken.
Die oplossingen kunnen gevonden worden door samen te werken, ook al zijn de belangentegenstellingen groot, en door een einde te maken aan administratieve en financiële verkokering. De oproep aan overheden is accelereren en multipliceren: meer en multifunctionele financiering, tempo maken met het uitvoeren van maatregelen én mensen samenbrengen rond het landschap.
Jelle Van den Berghe, adjunct-kabinetschef van minister Zuhal Demir gaf tenslotte aan dat er een werking van onderuit in regionale gebiedscoalities binnen stevige Vlaamse kaders nodig is. Dat is precies wat de landschapsdeal beoogt.
'We moeten
een structureel, efficiënt en innovatief landschapsbeheer verankeren op alle bestuursniveaus, lokaal, provinciaal en Vlaams'
Bas Van der Veken
Voorzitter van het Vlaams Overleg Regionale Landschappen
V.l.n.r. Jelle Van den Berghe (adjunct-kabinetschef van minister Zuhal Demir), Nick François (Boerenbond), Jan De Haes (gedeputeerde provincie Antwerpen), Bruno Tobback (Vlaams parlementslid), Joeri Van den Brande (schepen Zemst) en Bas Van der Veken (Vlaams Overleg Regionale Landschappen)